Berichtgeving over de eerste sneeuwval
Discussietopics winter
Berichtgeving over de eerste sneeuwval
De eerste tekenen van winter in Nederland
De echte winterliefhebbers hebben het er al weer weken over; komt er dit jaar nu weer eens echte strenge winter of niet? Het is natuurlijk pas herfst en dus lastig om hier nu al een uitspraak over te doen, en als we naar de kaarten van de komende dagen kijken, lijkt het nog vooral warme lucht die via een omweg in Nederland wordt aangevoerd. Als we echter een stukje verder in de weerkaarten kijken, lijkt er volgend weekend tijdelijk even wat koudere lucht vanuit het noorden aangevoerd te worden. Maar of dit koud genoeg is voor echte sneeuw? We zullen het zien.
De temperatuurdaling is in deze grafiek volgens het ECMWF heel goed te zien.
Komende week bouwt een hogedrukgebied boven de Atlantische Oceaan zich flink uit naar het noorden, waardoor dinsdag in Nederland de stroming al naar het noordwesten draait. Het blijft in eerste instantie nog een beetje een gevecht, want een lagedrukgebied duwt het hoog af en toe weer even iets terug naar het zuiden. Maar vanaf vrijdag is hij krachtig genoeg om zich heel voorzichtig naar het noordoosten uit te breiden. In de nacht van vrijdag naar zaterdag vormt zich dan een uitloper van hogedruk boven IJsland, waardoor in Nederland de stroming echt noordelijk wordt.
Temperatuurdaling
Dit betekent dat er die nacht met een flink vaart, erg koude lucht vanaf de Noordpool wordt aangevoerd. Op het kaartje van het ECMWF hieronder kun je dit ook heel goed zien. Vrijdag passeert er een koufront en daarachter stroomt langzaam al wat koudere lucht binnen. De temperatuur ligt vrijdag overdag nog op 8,5 graad, maar in de nacht zie je de temperatuur op verschillende hoogten ineens een flinke daling maken. Tegen 6 uur ’s ochtends op zaterdag ligt de temperatuur dan nog maar op 2,5 graad. Ook in de bovenlucht, op 500 hPa, is de koude lucht goed waarneembaar in de kaartjes.
50 verschillende berekeningen volgens het ECMWF, maar ook andere modellen laten de daling in de temperatuur goed zien. Het NCEP, de donkerblauwe lijn, laat ook hier een andere koers zien.
Neerslag
Nu valt er in die nacht en de opvolgende ochtend vooral aan de kust ook flink wat neerslag. De aangevoerde lucht is namelijk niet alleen erg koud, maar boven het warme zeewater wordt het ook zeer onstabiel, waardoor er gemakkelijk buien ontstaan. Deze drijven met die stevige stroming dan vooral de kustprovincies in en regenen grotendeels daar uit. In het binnenland is het dan nog grotendeels droog. Dit kun je op het neerslagkaartje hiernaast ook goed zien.
Als de temperatuur nu tijdens die buien laag genoeg is, bestaat er een kans dat de neerslag als sneeuw naar beneden gaat vallen. Maar gezien de temperatuur niet onder het vriespunt uitkomt en aan de kust ook het warmere zeewater nog wat roet in het water gooit, zullen de meeste buien dan hagel- of natte sneeuwbuien zijn. De eerste winterbuien zijn dan wel een feit!
Maastricht
Het leuke is, en dat kun je ook goed op het neerslagkaartje hieronder zien, dat ook het uiterste zuidoosten van Nederland, onder andere regio Maastricht, flink wat neerslag gaat krijgen. Doordat de koude lucht tegen de Ardennen, de Eifel en het Sauerland botst, wordt het gedwongen opgetild, waardoor er daar ook behoorlijk wat neerslag gaat vallen. Ook hier geldt natuurlijk, dat als de lucht koud genoeg is, die neerslag wel eens sneeuw zou kunnen zijn! Op de sneeuwpluim hiernaast kun je dat ook goed terugzien.
De meeste buien gaan zaterdag in de kustprovincies vallen, maar ook in het uiterste zuidoosten van Limburg is er een kleine kans op neerslag.
Hoe gaat het verder?
Vanaf zondag wordt de aangevoerde lucht volgens het ECMWF heel geleidelijk weer iets warmer en neemt de kans op sneeuw al weer snel af. De winterse buien zijn dus helaas maar van korte duur. En of dit een voorbode is voor een strenge winter? Dat moeten we nog even geduldig afwachten.
Vorig jaar viel de eerste lokale sneeuwbui op 23 november. De dagen daarna werd de lucht, net als nu, weer geleidelijk iets warmer. Foto gemaakt in Winterswijk door Willy Bonninck-Naves.
Daarbij komt dat het Amerikaanse model, het NCEP, een iets andere koers vaart wat betreft de winterse buien. Zij laten die bel met koude lucht in veel mindere mate zien, zowel in de bovenlucht als op de grond. In vergelijking met het ECMWF is het verschil in temperatuur in de bovenlucht ongeveer 8 graden. En dit is natuurlijk een wereld van verschil als het om sneeuwval gaat. Van echte winterse buien is er volgens dit model dan ook geen sprake.
Het Amerikaanse model NCEP laat de daling ook wel zien, maar in een veel mindere mate.
©Meteo Consult
De echte winterliefhebbers hebben het er al weer weken over; komt er dit jaar nu weer eens echte strenge winter of niet? Het is natuurlijk pas herfst en dus lastig om hier nu al een uitspraak over te doen, en als we naar de kaarten van de komende dagen kijken, lijkt het nog vooral warme lucht die via een omweg in Nederland wordt aangevoerd. Als we echter een stukje verder in de weerkaarten kijken, lijkt er volgend weekend tijdelijk even wat koudere lucht vanuit het noorden aangevoerd te worden. Maar of dit koud genoeg is voor echte sneeuw? We zullen het zien.
De temperatuurdaling is in deze grafiek volgens het ECMWF heel goed te zien.
Komende week bouwt een hogedrukgebied boven de Atlantische Oceaan zich flink uit naar het noorden, waardoor dinsdag in Nederland de stroming al naar het noordwesten draait. Het blijft in eerste instantie nog een beetje een gevecht, want een lagedrukgebied duwt het hoog af en toe weer even iets terug naar het zuiden. Maar vanaf vrijdag is hij krachtig genoeg om zich heel voorzichtig naar het noordoosten uit te breiden. In de nacht van vrijdag naar zaterdag vormt zich dan een uitloper van hogedruk boven IJsland, waardoor in Nederland de stroming echt noordelijk wordt.
Temperatuurdaling
Dit betekent dat er die nacht met een flink vaart, erg koude lucht vanaf de Noordpool wordt aangevoerd. Op het kaartje van het ECMWF hieronder kun je dit ook heel goed zien. Vrijdag passeert er een koufront en daarachter stroomt langzaam al wat koudere lucht binnen. De temperatuur ligt vrijdag overdag nog op 8,5 graad, maar in de nacht zie je de temperatuur op verschillende hoogten ineens een flinke daling maken. Tegen 6 uur ’s ochtends op zaterdag ligt de temperatuur dan nog maar op 2,5 graad. Ook in de bovenlucht, op 500 hPa, is de koude lucht goed waarneembaar in de kaartjes.
50 verschillende berekeningen volgens het ECMWF, maar ook andere modellen laten de daling in de temperatuur goed zien. Het NCEP, de donkerblauwe lijn, laat ook hier een andere koers zien.
Neerslag
Nu valt er in die nacht en de opvolgende ochtend vooral aan de kust ook flink wat neerslag. De aangevoerde lucht is namelijk niet alleen erg koud, maar boven het warme zeewater wordt het ook zeer onstabiel, waardoor er gemakkelijk buien ontstaan. Deze drijven met die stevige stroming dan vooral de kustprovincies in en regenen grotendeels daar uit. In het binnenland is het dan nog grotendeels droog. Dit kun je op het neerslagkaartje hiernaast ook goed zien.
Als de temperatuur nu tijdens die buien laag genoeg is, bestaat er een kans dat de neerslag als sneeuw naar beneden gaat vallen. Maar gezien de temperatuur niet onder het vriespunt uitkomt en aan de kust ook het warmere zeewater nog wat roet in het water gooit, zullen de meeste buien dan hagel- of natte sneeuwbuien zijn. De eerste winterbuien zijn dan wel een feit!
Maastricht
Het leuke is, en dat kun je ook goed op het neerslagkaartje hieronder zien, dat ook het uiterste zuidoosten van Nederland, onder andere regio Maastricht, flink wat neerslag gaat krijgen. Doordat de koude lucht tegen de Ardennen, de Eifel en het Sauerland botst, wordt het gedwongen opgetild, waardoor er daar ook behoorlijk wat neerslag gaat vallen. Ook hier geldt natuurlijk, dat als de lucht koud genoeg is, die neerslag wel eens sneeuw zou kunnen zijn! Op de sneeuwpluim hiernaast kun je dat ook goed terugzien.
De meeste buien gaan zaterdag in de kustprovincies vallen, maar ook in het uiterste zuidoosten van Limburg is er een kleine kans op neerslag.
Hoe gaat het verder?
Vanaf zondag wordt de aangevoerde lucht volgens het ECMWF heel geleidelijk weer iets warmer en neemt de kans op sneeuw al weer snel af. De winterse buien zijn dus helaas maar van korte duur. En of dit een voorbode is voor een strenge winter? Dat moeten we nog even geduldig afwachten.
Vorig jaar viel de eerste lokale sneeuwbui op 23 november. De dagen daarna werd de lucht, net als nu, weer geleidelijk iets warmer. Foto gemaakt in Winterswijk door Willy Bonninck-Naves.
Daarbij komt dat het Amerikaanse model, het NCEP, een iets andere koers vaart wat betreft de winterse buien. Zij laten die bel met koude lucht in veel mindere mate zien, zowel in de bovenlucht als op de grond. In vergelijking met het ECMWF is het verschil in temperatuur in de bovenlucht ongeveer 8 graden. En dit is natuurlijk een wereld van verschil als het om sneeuwval gaat. Van echte winterse buien is er volgens dit model dan ook geen sprake.
Het Amerikaanse model NCEP laat de daling ook wel zien, maar in een veel mindere mate.
©Meteo Consult
Een beetje winter
Duiden vertrekkende vogels op kouder weer? Deze week kunnen ze wel eens gelijk krijgen, want de weerkaarten wijzen uit dat de winter aan het eind van de week speldenprikken gaat uitdelen.
Op onderstaande grafiek is te zien dat de temperatuur gaandeweg deze week onderuit gaat. Het valt bovendien op dat lang niet alle berekeningen wijzen op een koude-inval; dit is te zien aan het breder worden van de grafiek vanaf vrijdag. Dit betekent dat er zowel koude als zachte oplossingen zijn.
De kans is echter vrij groot dat de temperatuur op een dusdanig niveau uitkomt dat winterse neerslag mogelijk wordt in de vorm van hagel of natte sneeuw. Bovendien trekt de wind flink aan en in combinatie met een laag maximum kan dit guur aanvoelen.
Een pak sneeuw wordt niet verwacht, maar een tijdelijk wit landschap wel, en dat is niet bijzonder in november. Gemiddeld over een periode van 30 jaar vallen zelfs op 2 of 3 dagen sneeuwbuien. In de loop van volgende week lijkt de temperatuur alweer op te lopen, zij het met een nog grotere spreiding van de verschillende uitkomsten.
Elke dag worden de weerkaarten opnieuw berekend. Aan het eind van de week zullen we weten of de ganzen (Rob Amoureus zag ze vliegen) terecht vertrokken zijn.
©Weathernews
Duiden vertrekkende vogels op kouder weer? Deze week kunnen ze wel eens gelijk krijgen, want de weerkaarten wijzen uit dat de winter aan het eind van de week speldenprikken gaat uitdelen.
Op onderstaande grafiek is te zien dat de temperatuur gaandeweg deze week onderuit gaat. Het valt bovendien op dat lang niet alle berekeningen wijzen op een koude-inval; dit is te zien aan het breder worden van de grafiek vanaf vrijdag. Dit betekent dat er zowel koude als zachte oplossingen zijn.
De kans is echter vrij groot dat de temperatuur op een dusdanig niveau uitkomt dat winterse neerslag mogelijk wordt in de vorm van hagel of natte sneeuw. Bovendien trekt de wind flink aan en in combinatie met een laag maximum kan dit guur aanvoelen.
Een pak sneeuw wordt niet verwacht, maar een tijdelijk wit landschap wel, en dat is niet bijzonder in november. Gemiddeld over een periode van 30 jaar vallen zelfs op 2 of 3 dagen sneeuwbuien. In de loop van volgende week lijkt de temperatuur alweer op te lopen, zij het met een nog grotere spreiding van de verschillende uitkomsten.
Elke dag worden de weerkaarten opnieuw berekend. Aan het eind van de week zullen we weten of de ganzen (Rob Amoureus zag ze vliegen) terecht vertrokken zijn.
©Weathernews
Een beetje winter in zicht
Deze week wordt het kouder. Vooral aan het einde van de week daalt de temperatuur en komend weekeinde is het mede door de harde wind tamelijk guur. De buien gaan vergezeld van hagel en ook wat natte sneeuw is niet uitgesloten.
De bladstand van de recordwarme herfst van 2006 vergeleken met 2008
Grote hoeveelheden sneeuw worden niet verwacht maar het is niet onmogelijk dat het landschap na een bui lokaal even een beetje wit is. Dat is heel normaal voor deze tijd van het jaar. In november valt gemiddeld op 2 à 3 dagen sneeuw, meestal uit winterse buien. Meer sneeuw wordt verwacht in het Duitse middelgebergten. de Ardennen en in de Alpen. Het koudere weer lijkt geen lang leven beschoren. Na het weekeinde laten de meeste weermodellen het weer zachter worden, ook in Scandinavië waar het inmiddels flink vriest. De afgelopen dagen zijn in het noorden van Scandivanië temperaturen tussen -20 en -30 graden gemeten.
In ons land hebben we nog weinig van de winter gemerkt. De eerste helft van november was in De Bilt 3 graden warmer dan normaal. Ondanks het zachte weer van de afgelopen tijd is de herfst bij lange na niet zo warm als in 2006. Die herfst was de warmste sinds het begin van de metingen in 1706. Weerfotograaf Jacob Kuiper vergeleek de bladstand van 15 november 2006 met die van dit jaar. We zien duidelijk wat een recordwarme herfst teweeg kan brengen.
Winterverwachting
Wat ons de komende maanden verder te wachten staat is niet te zeggen. Het KNMI doet wel onderzoek naar seizoensverwachtingen. De basis zijn relatief langzame veranderingen in de oceaan, sneeuwbedekking en bodemvochtigheid, die de weerpatronen beïnvloeden. Dat biedt mogelijkheden om (kans)verwachtingen te maken voor het gemiddelde weer over een aantal maanden, bijvoorbeeld "de kans is groot dat we hier een droger dan gemiddeld voorjaar krijgen". Vooral de invloed van het verschijnsel El Niño is groot. Dat verschijnsel met relatief warm water langs de equator in de Stille Oceaan en de koude variant La Niña beïnvloeden het luchtdrukpatroon en verstoren het weer. De komende tijd wordt er geen sterke El Niño verwacht en de koude variant La Niña laat het afweten. zodat er zeker dit jaar weinig mogelijkheden zijn voor seizoensverwachtingen op te stellen. Door de opwarming wordt de kans op kou steeds kleiner. Dat sluit een strenge winter nog niet uit, alleen zal dat minder vaak gebeuren.
©KNMI
Deze week wordt het kouder. Vooral aan het einde van de week daalt de temperatuur en komend weekeinde is het mede door de harde wind tamelijk guur. De buien gaan vergezeld van hagel en ook wat natte sneeuw is niet uitgesloten.
De bladstand van de recordwarme herfst van 2006 vergeleken met 2008
Grote hoeveelheden sneeuw worden niet verwacht maar het is niet onmogelijk dat het landschap na een bui lokaal even een beetje wit is. Dat is heel normaal voor deze tijd van het jaar. In november valt gemiddeld op 2 à 3 dagen sneeuw, meestal uit winterse buien. Meer sneeuw wordt verwacht in het Duitse middelgebergten. de Ardennen en in de Alpen. Het koudere weer lijkt geen lang leven beschoren. Na het weekeinde laten de meeste weermodellen het weer zachter worden, ook in Scandinavië waar het inmiddels flink vriest. De afgelopen dagen zijn in het noorden van Scandivanië temperaturen tussen -20 en -30 graden gemeten.
In ons land hebben we nog weinig van de winter gemerkt. De eerste helft van november was in De Bilt 3 graden warmer dan normaal. Ondanks het zachte weer van de afgelopen tijd is de herfst bij lange na niet zo warm als in 2006. Die herfst was de warmste sinds het begin van de metingen in 1706. Weerfotograaf Jacob Kuiper vergeleek de bladstand van 15 november 2006 met die van dit jaar. We zien duidelijk wat een recordwarme herfst teweeg kan brengen.
Winterverwachting
Wat ons de komende maanden verder te wachten staat is niet te zeggen. Het KNMI doet wel onderzoek naar seizoensverwachtingen. De basis zijn relatief langzame veranderingen in de oceaan, sneeuwbedekking en bodemvochtigheid, die de weerpatronen beïnvloeden. Dat biedt mogelijkheden om (kans)verwachtingen te maken voor het gemiddelde weer over een aantal maanden, bijvoorbeeld "de kans is groot dat we hier een droger dan gemiddeld voorjaar krijgen". Vooral de invloed van het verschijnsel El Niño is groot. Dat verschijnsel met relatief warm water langs de equator in de Stille Oceaan en de koude variant La Niña beïnvloeden het luchtdrukpatroon en verstoren het weer. De komende tijd wordt er geen sterke El Niño verwacht en de koude variant La Niña laat het afweten. zodat er zeker dit jaar weinig mogelijkheden zijn voor seizoensverwachtingen op te stellen. Door de opwarming wordt de kans op kou steeds kleiner. Dat sluit een strenge winter nog niet uit, alleen zal dat minder vaak gebeuren.
©KNMI
Bizar koude bovenlucht
Een forse bak kou van boven het noordpoolgebied wordt aan het eind van deze week over Europa uitgestort. Zeker op grote hoogte in de atmosfeer zakken de luchttemperaturen tot bizar lage waarden. De noordzijde van de Alpen krijgt naar verwachting met extreme sneeuwval te maken. En dat is zeker niet de enige regio waar het op uitgebreide schaal wit wordt.
De temperaturen op zo'n 5 kilometer hoogte in de atmosfeer volgens het ECMWF-model. Van boven het noordpoolgebied komt spectaculaire kou in de bovenlucht afzakken, het centrale gedeelte van Europa in. Voor een deel schampt dit ons land. Klik op de afbeelding voor bewegende beelden door de tijd heen, vanaf dinsdagmiddag tot en met maandag.
Kijken we naar het resultaat op menselijk niveau, dan zien we de maximumtemperaturen in Midden-Europa aan de grond tot rond het vriespunt dalen. Hogerop is weersituatie een stuk heftiger. Op de hogere Alpenhellingen worden door het ECMWF-model omstandigheden berekend die zonder serieuze poolexpeditiekleding niet te doorstaan zijn. Op zaterdagmiddag op 2800 meter in een deel van de Zwitserse Alpen: matige sneeuwval, een temperatuur van -18 graden Celcius en enige tijd gemiddelde windsnelheden van 80 km/uur, ofwel een volle stormkracht 9. Dit levert graden (volgens de formule van Steadman)een gevoelstemperatuur op van -43 graden!
De stroming op 5 kilometer hoogte volgens het ECMWF, zaterdagmiddag. De straalstroom jakkert Europa binnen, met aan de oostflanken ervan in de bovenlucht de koudste lucht.
Sneeuw
De koude-inval gaat gepaard met neerslag die in steeds meer gebieden een winters karakter krijgt. Ter hoogte van de Alpen worden daarbij de grootste neerslagsommen genoteerd. Het gebergte werkt als een dam waarover de lucht heen moet stromen. De opstuwing (stau) van de luchtmassa’s die hierdoor aan de noordzijde van het Alpenmassief plaatsvindt, veroorzaakt ter plaatse een drastische intensivering van de neerslag. Tussen komende vrijdag en maandag sneeuwt het een groot deel van de tijd flink, tot in de dalen. De zwaarste sneeuwval is op de hogere noordhellingen terug te vinden, waarbij zomaar eens 2 meter nieuwe aanwas zou kunnen wordt gecreëerd.
Lawinegevaar en een basis voor de winter
Terwijl aan de zuidkant van de Alpen recent al veel sneeuw is gevallen (op grote hoogte) zijn de noordflanken tot nu toe wat achtergebleven. Dat zal dus nu in één klap veranderen. Dergelijke verse sneeuwmassa’s op de nu nog vrij schamel bedekte ondergrond levert enorm lawinegevaar op.
Echter, zeker het deel van de lokale bevolking dat van skiën houdt of afhankelijk is van de ski-industrie zal blij zijn met de ontwikkelingen. Want voor een succesvol skiseizoen (lees goede sneeuw door de winter heen) speelt de sneeuwaanwas voorafgaand aan het seizoen een sleutelrol. Er moet een laag worden gevormd van sneeuw die ‘lekker’ inklinkt. Zo ontstaat een robuuste basislaag.
In de Alpen ziet het er later in het weekeinde of volgende
week op diverse plaatsen waarschijnlijk zo uit.
Bij ons: toch ook wel spannend
Zo bar en boos als aan de noordflanken van de Alpen lijkt het bij ons niet te worden. Al zijn de weerkaarten toch nog wel wat spannender dan ze er op het eerste gezicht uitzien.
De enorme kou in de bovenlucht, laat op bij ons haar sporen wel na, met volgens de tijdens het schrijven meest recente berekening van het ECMWF zaterdagochtend boven het overgrote deel van het land op 5 kilometer hoogte -35 graden Celcius of lager, tot in het noordoosten -38 graden aan toe. Er vallen enkele buien, met hagel en natte sneeuw, en vooral in de nacht en vroege ochtend zou het best wel ergens even wit kunnen zijn.
Voordat de lucht bij ons aankomt, is ze nog kouder. Het water van de Noorse zee en de Noordzee is in de late herfst namelijk nog relatief warm, en onderweg naar onze omgeving warmt de lucht langzaam op.
In combinatie met de zeer koude bovenlucht van komend levert dit echter ook een extreem onstabiele opbouw van de atmosfeer op. Dit, samen met de noord- tot noordweststroming in de bovenlucht, levert de potentie op voor het ontstaan voor een zogenaamd ‘polar low. ’
Een ‘polar low’ is een soort mini-hurricane, alleen levert het dan geen regen op maar sneeuw (en gelukkig minder wind). Wanneer er voor de Noorse kust op de ‘juiste’ manier een buiencluster wordt gevormd, kan in sommige gevallen met extreme onstabiliteit, een actieve sneeuwdepressie ontstaan. Afgelopen april (!) veroorzaakte een dergelijk systeem bijvoorbeeld in Engeland en West-Frankrijk een flink pak sneeuw. Weermodellen hebben vaak moeite zulke ontwikkelingen op te pikken.
Dat zoiets nu ook gaat gebeuren, is overigens verre van zeker. En als het gebeurt dan is het nog maar de vraag waar zo’n systeem, dat doorgaans behoorlijk klein is, heentrekt. Maar áls er een situatie het ontstaan van een ‘polar low’ in de hand werkt, dan is het er wel één zoals we die rond het komend weekeinde zien.
Bron: Meteo Consult
Een forse bak kou van boven het noordpoolgebied wordt aan het eind van deze week over Europa uitgestort. Zeker op grote hoogte in de atmosfeer zakken de luchttemperaturen tot bizar lage waarden. De noordzijde van de Alpen krijgt naar verwachting met extreme sneeuwval te maken. En dat is zeker niet de enige regio waar het op uitgebreide schaal wit wordt.
De temperaturen op zo'n 5 kilometer hoogte in de atmosfeer volgens het ECMWF-model. Van boven het noordpoolgebied komt spectaculaire kou in de bovenlucht afzakken, het centrale gedeelte van Europa in. Voor een deel schampt dit ons land. Klik op de afbeelding voor bewegende beelden door de tijd heen, vanaf dinsdagmiddag tot en met maandag.
Kijken we naar het resultaat op menselijk niveau, dan zien we de maximumtemperaturen in Midden-Europa aan de grond tot rond het vriespunt dalen. Hogerop is weersituatie een stuk heftiger. Op de hogere Alpenhellingen worden door het ECMWF-model omstandigheden berekend die zonder serieuze poolexpeditiekleding niet te doorstaan zijn. Op zaterdagmiddag op 2800 meter in een deel van de Zwitserse Alpen: matige sneeuwval, een temperatuur van -18 graden Celcius en enige tijd gemiddelde windsnelheden van 80 km/uur, ofwel een volle stormkracht 9. Dit levert graden (volgens de formule van Steadman)een gevoelstemperatuur op van -43 graden!
De stroming op 5 kilometer hoogte volgens het ECMWF, zaterdagmiddag. De straalstroom jakkert Europa binnen, met aan de oostflanken ervan in de bovenlucht de koudste lucht.
Sneeuw
De koude-inval gaat gepaard met neerslag die in steeds meer gebieden een winters karakter krijgt. Ter hoogte van de Alpen worden daarbij de grootste neerslagsommen genoteerd. Het gebergte werkt als een dam waarover de lucht heen moet stromen. De opstuwing (stau) van de luchtmassa’s die hierdoor aan de noordzijde van het Alpenmassief plaatsvindt, veroorzaakt ter plaatse een drastische intensivering van de neerslag. Tussen komende vrijdag en maandag sneeuwt het een groot deel van de tijd flink, tot in de dalen. De zwaarste sneeuwval is op de hogere noordhellingen terug te vinden, waarbij zomaar eens 2 meter nieuwe aanwas zou kunnen wordt gecreëerd.
Lawinegevaar en een basis voor de winter
Terwijl aan de zuidkant van de Alpen recent al veel sneeuw is gevallen (op grote hoogte) zijn de noordflanken tot nu toe wat achtergebleven. Dat zal dus nu in één klap veranderen. Dergelijke verse sneeuwmassa’s op de nu nog vrij schamel bedekte ondergrond levert enorm lawinegevaar op.
Echter, zeker het deel van de lokale bevolking dat van skiën houdt of afhankelijk is van de ski-industrie zal blij zijn met de ontwikkelingen. Want voor een succesvol skiseizoen (lees goede sneeuw door de winter heen) speelt de sneeuwaanwas voorafgaand aan het seizoen een sleutelrol. Er moet een laag worden gevormd van sneeuw die ‘lekker’ inklinkt. Zo ontstaat een robuuste basislaag.
In de Alpen ziet het er later in het weekeinde of volgende
week op diverse plaatsen waarschijnlijk zo uit.
Bij ons: toch ook wel spannend
Zo bar en boos als aan de noordflanken van de Alpen lijkt het bij ons niet te worden. Al zijn de weerkaarten toch nog wel wat spannender dan ze er op het eerste gezicht uitzien.
De enorme kou in de bovenlucht, laat op bij ons haar sporen wel na, met volgens de tijdens het schrijven meest recente berekening van het ECMWF zaterdagochtend boven het overgrote deel van het land op 5 kilometer hoogte -35 graden Celcius of lager, tot in het noordoosten -38 graden aan toe. Er vallen enkele buien, met hagel en natte sneeuw, en vooral in de nacht en vroege ochtend zou het best wel ergens even wit kunnen zijn.
Voordat de lucht bij ons aankomt, is ze nog kouder. Het water van de Noorse zee en de Noordzee is in de late herfst namelijk nog relatief warm, en onderweg naar onze omgeving warmt de lucht langzaam op.
In combinatie met de zeer koude bovenlucht van komend levert dit echter ook een extreem onstabiele opbouw van de atmosfeer op. Dit, samen met de noord- tot noordweststroming in de bovenlucht, levert de potentie op voor het ontstaan voor een zogenaamd ‘polar low. ’
Een ‘polar low’ is een soort mini-hurricane, alleen levert het dan geen regen op maar sneeuw (en gelukkig minder wind). Wanneer er voor de Noorse kust op de ‘juiste’ manier een buiencluster wordt gevormd, kan in sommige gevallen met extreme onstabiliteit, een actieve sneeuwdepressie ontstaan. Afgelopen april (!) veroorzaakte een dergelijk systeem bijvoorbeeld in Engeland en West-Frankrijk een flink pak sneeuw. Weermodellen hebben vaak moeite zulke ontwikkelingen op te pikken.
Dat zoiets nu ook gaat gebeuren, is overigens verre van zeker. En als het gebeurt dan is het nog maar de vraag waar zo’n systeem, dat doorgaans behoorlijk klein is, heentrekt. Maar áls er een situatie het ontstaan van een ‘polar low’ in de hand werkt, dan is het er wel één zoals we die rond het komend weekeinde zien.
Bron: Meteo Consult
Natte sneeuw in zicht
Het wordt deze week beduidend kouder. Vanaf vrijdag daalt de temperatuur tot maxima van rond de 4 graden overdag. Het is vanaf deze dag en in het weekeinde mede door de harde wind tamelijk guur. Dit betekent dat de gevoelstemperatuur (windchill) belangrijk wordt! Er worden dan buien verwacht die vergezeld kunnen gaan van korrelhagel maar ook natte sneeuw is dan niet uitgesloten. Dit weer wordt veroorzaakt door een lagedrukgebied die vanuit de Noorse Zee over Denemarken naar het zuidoosten koerst. Er komt dan een sterke noordwestelijke stroming op gang waarin onstabiele en koudere lucht aangevoerd gaat worden.
Grote hoeveelheden sneeuw worden niet verwacht maar het is niet onmogelijk dat het landschap na een bui lokaal even een beetje wit is. Op zich is dat heel normaal voor deze tijd van het jaar. In november valt gemiddeld op 2 Ã 3 dagen sneeuw, meestal uit winterse buien. Tijdens een goed ontwikkelde bui daalt de vorstgrens meestal een 200 tot 400 meter zodat de regen in het hart van de bui over kan gaan in natte sneeuw. Komt de vorstgrens beneden de 300 m dan is de kans op natte sneeuw of sneeuw het grootst aangezien de sneeuwvlokken dan onvoldoende de tijd hebben om (geheel) te smelten. Natte sneeuw wordt in Belgie smeltende sneeuw genoemd, een term die het verschijnsel beter aangeeft.
Meer sneeuw wordt verwacht in het Duitse middelgebergte, de Ardennen en in de Alpen. Het koudere weer lijkt - helaas voor de winterliefhebbers - geen lang leven beschoren. Na het weekeinde berekenen de meeste weercomputers opnieuw zachter weer, ook in Scandinavië waar het inmiddels flink vriest. De afgelopen dagen zijn in het noorden van Scandivanië al temperaturen tussen -20 en -30 graden gemeten.
In ons land hebben we nog weinig van de winter gemerkt. De eerste helft van november was in De Bilt 3 graden warmer dan normaal. Ondanks het zachte weer van de afgelopen tijd is de herfst bij lange na niet zo warm als in 2006. Die herfst was de warmste sinds het begin van de metingen in 1706.
©Meteonet | Gewijzigd: 28 augustus 2017, 12:50 uur, door Joyce.s
Het wordt deze week beduidend kouder. Vanaf vrijdag daalt de temperatuur tot maxima van rond de 4 graden overdag. Het is vanaf deze dag en in het weekeinde mede door de harde wind tamelijk guur. Dit betekent dat de gevoelstemperatuur (windchill) belangrijk wordt! Er worden dan buien verwacht die vergezeld kunnen gaan van korrelhagel maar ook natte sneeuw is dan niet uitgesloten. Dit weer wordt veroorzaakt door een lagedrukgebied die vanuit de Noorse Zee over Denemarken naar het zuidoosten koerst. Er komt dan een sterke noordwestelijke stroming op gang waarin onstabiele en koudere lucht aangevoerd gaat worden.
Grote hoeveelheden sneeuw worden niet verwacht maar het is niet onmogelijk dat het landschap na een bui lokaal even een beetje wit is. Op zich is dat heel normaal voor deze tijd van het jaar. In november valt gemiddeld op 2 Ã 3 dagen sneeuw, meestal uit winterse buien. Tijdens een goed ontwikkelde bui daalt de vorstgrens meestal een 200 tot 400 meter zodat de regen in het hart van de bui over kan gaan in natte sneeuw. Komt de vorstgrens beneden de 300 m dan is de kans op natte sneeuw of sneeuw het grootst aangezien de sneeuwvlokken dan onvoldoende de tijd hebben om (geheel) te smelten. Natte sneeuw wordt in Belgie smeltende sneeuw genoemd, een term die het verschijnsel beter aangeeft.
Meer sneeuw wordt verwacht in het Duitse middelgebergte, de Ardennen en in de Alpen. Het koudere weer lijkt - helaas voor de winterliefhebbers - geen lang leven beschoren. Na het weekeinde berekenen de meeste weercomputers opnieuw zachter weer, ook in Scandinavië waar het inmiddels flink vriest. De afgelopen dagen zijn in het noorden van Scandivanië al temperaturen tussen -20 en -30 graden gemeten.
In ons land hebben we nog weinig van de winter gemerkt. De eerste helft van november was in De Bilt 3 graden warmer dan normaal. Ondanks het zachte weer van de afgelopen tijd is de herfst bij lange na niet zo warm als in 2006. Die herfst was de warmste sinds het begin van de metingen in 1706.
©Meteonet | Gewijzigd: 28 augustus 2017, 12:50 uur, door Joyce.s
De voorwaarden voor sneeuw
Het wordt de komende dagen spannend. De echte weerliefhebbers en dan vooral de sneeuwliefhebbers houden de weermodellen goed in de gaten en speculeren al dagen over eventuele sneeuwval. Maar wat zijn nou eigenlijk de voorwaarden voor sneeuwval?
Wil er überhaupt sneeuw vallen, dan zijn er in ieder geval 5 voorwaarden waaraan voldaan moet worden. Een paar van die voorwaarden liggen voor de hand, zoals bij voorbeeld de temperatuur aan het aardoppervlak waarbij eventuele neerslag valt en de hoogte van het nulgradenniveau.
De luchtdrukverdeling op grondniveau op zaterdagmiddag 12 uur.
Andere aandachtspunten voor meteorologen zijn de dikte van de luchtlaag tussen het ‘1000 en 850 hPa†vlak (de hoogte in de atmosfeer waarop de barometer, als je hem daar zou kunnen ophangen, een luchtdruk van respectievelijk 1000 en 850 hPa zou aanwijzen. Die dikte, in meters, zegt iets over hoe koud de luchtlaag in dit deel van de atmosfeer is. Hoe dunner, hoe kouder de lucht. Want koude lucht klinkt in en is zwaar. De barometer daalt in zulke lucht snel met de hoogte. Ook de dikte van de luchtlaag tussen 1000 en 500 hPa is van belang.
Als laatste kunnen we ook nog iets zeggen aan de hand van een getal, dat iets zegt over de vochtinhoud en de temperatuur van de luchtmassa, waarin we ons bevinden. Die grootheid wordt Theta-W genoemd. Om voor het komende weekeinde te bepalen hoe de sneeuwkansen erbij staan, gaan we elk van de hiervoor genoemde parameters nu even apart toepassen.
Weersituatie
Maar eerst kijken we even naar de weersituatie op dat moment. Een lagedrukgebiedje boven de westkust van Noorwegen en een groot hogedrukgebied boven de Atlantische Oceaan veroorzaken zaterdag een soort glijbaan van buien vanuit het zeer koude noorden (zie luchtdrukkaartje hieronder). De isobaren liggen vrij dicht bij elkaar, wat betekent dat er veel wind staat en deze komt vrijwel lijnrecht vanuit het zeer koude Poolgebied. Voor november zijn de temperaturen in de bovenlucht zelfs ongewoon laag. Zaterdag hebben we te maken met een kouinval op hoogte. Een bel met zeer koude lucht met een temperatuur van -41 graden op 5 kilometer hoogte komt dan boven ons land te hangen.
De luchtdrukverdeling op 500 hPa voor zaterdagmiddag 12 uur.
De stroming in de bovenlucht ligt vrijwel parallel aan de stroming aan de grond en ook hier liggen de stroomlijnen vrij dicht op elkaar (zie hoogtekaartje op 500 hPa). De wind in de bovenlucht is op datzelfde moment dus ook vrij sterk. Hierdoor krijgt de wind aan de grond nog wat extra stimulans, waardoor buien als het ware in een stroomversnelling ons land bereiken.
Neerslag
Nu is een ander punt natuurlijk dat, ook al is de atmosfeer er klaar voor, er ook op het moment suprême neerslag moet vallen, wil er sneeuw komen. Aan die voorwaarde wordt zaterdag in het grootste deel van het land voldaan. Met het nog relatief warme zeewater voor de kust wordt de koude lucht boven de Noordzee erg onstabiel en ontstaan er boven het water erg gemakkelijk buien. Omdat het temperatuurverschil vrij groot is, het zeewater is nu zo’n 12 graden en de lucht op 1,5 kilometer hoogte ligt zaterdag op -6 graden, ontstaan er gemakkelijk flinke buien. De buien worden steeds opnieuw van onderen gevoed door het warme zeewater. In een noordelijke stroming glijden de buien zaterdag de Nederlandse kust op (zie neerslagkaartje hiernaast). In het zuidoosten van het land is het rond het middaguur echter grotendeels droog, daar lijkt het ‘s middags dus niet te kunnen gaan sneeuwen.
De neerslaghoeveelheden voor diezelfde zaterdagmiddag.
Temperatuur op 1,5 meter hoogte
Ongemerkt hebben we het nu al over punt 2 van de voorwaarden gehad. De temperatuur op 1,5 meter hoogte. Hoewel het tussen de buien door zaterdag wel 5 of 6 graden kan worden, daalt de temperatuur in buien heel snel tot dicht bij het vriespunt. Dan is het ruimschoots koud genoeg om natte sneeuw te krijgen (let wel: in samenwerking met de andere 4 voorwaarden). De eerste voorwaarde voldoet!
De andere 4 voorwaarden
Als eerste kijken we naar de dikte van de luchtlaag tussen 1000 en 850 hPa. Deze moet, wil er een kans op sneeuw zijn, tussen 1310 en 1280 meter zijn. Als de laag minder dik is dan 1280 meter, dan is de kans op sneeuw (opnieuw slechts in combinatie met de andere 4 voorwaarden) bijna 100%. Op de diktekaart hiernaast zie je dat de dikte van deze laag zaterdagmiddag in het grootste deel van het land 1280 is. Aan een tweede voorwaarde wordt hiermee ook voldaan.
De dikte van de luchtlaag tussen 1000 en 850 hPa.
In het kaartje hieronder zie je de dikte van de laag tussen 1000 en 500 hPa en daarmee komen we op voorwaarde 3. De dikte van deze laag is zaterdagmiddag vooral in het noordoosten erg laag, 5130 meter, en in Zeeland het minst laag, met 5180 meter. Toch zijn allebei deze waarden laag genoeg om sneeuw te veroorzaken. Om überhaupt een kans op sneeuw te krijgen moet de dikte van deze laag namelijk tussen 5350 en 5200 meter liggen en bij een dikte van 5200 meter is de kans op sneeuw 90%. Met deze waarden ligt ook hier de kans dus op bijna 100%.
De dikte van de luchtlaag tussen 1000 en 500 hPa.
Op naar voorwaarde 4, de Theta-W waarde. Deze moet tussen 0 en 7 graden Celsius liggen, wil er een kans op sneeuw zijn. In het kaartje aan de linkerzijde die de Theta-W waarden laat zien, zien we dat ook aan deze voorwaarde in het hele land wordt voldaan. Vooral in het Overijssel en Drenthe liggen de waarden erg laag, rond -2 graden.
De Theta-W waarden op 850 hPa.
De kans op sneeuw is op alle 4 deze voorwaarden dus bijna 100%. Maar er rest er ons nog één die de uiteindelijke doorslag zal gaan geven, de hoogte van het nulgradenniveau. In feite dus de hoogte in de atmosfeer waar het 0 graden wordt.
Als deze voorwaarde tussen 0 en 60 hPa uitkomt is er ook volgens deze regel een kans op sneeuw. Kijken we dan even naar het nulgradenniveaukaartje hieronder, wordt duidelijk dat deze in vrijwel het hele land onder die 60 uitkomt. In het noordoosten van het land is de waarde zelfs 0. Alleen in het uiterste zuidwesten van Zeeland is de kans op sneeuw hierdoor minder groot.
De hoogte van het nulgradenniveau voor de zaterdagmiddag.
Waar is de kans op sneeuw nu het grootst?
In vrijwel het hele land wordt dus zaterdagmiddag aan de 5 voorwaarden voldaan, alleen valt er in het zuidoosten op dat moment weinig neerslag. De grootste hoeveelheden sneeuw lijken volgens deze uitgangssituatie vooral in de noordoostelijke hoek van het land te gaan vallen.
©Bron: Meteo Consult
Het wordt de komende dagen spannend. De echte weerliefhebbers en dan vooral de sneeuwliefhebbers houden de weermodellen goed in de gaten en speculeren al dagen over eventuele sneeuwval. Maar wat zijn nou eigenlijk de voorwaarden voor sneeuwval?
Wil er überhaupt sneeuw vallen, dan zijn er in ieder geval 5 voorwaarden waaraan voldaan moet worden. Een paar van die voorwaarden liggen voor de hand, zoals bij voorbeeld de temperatuur aan het aardoppervlak waarbij eventuele neerslag valt en de hoogte van het nulgradenniveau.
De luchtdrukverdeling op grondniveau op zaterdagmiddag 12 uur.
Andere aandachtspunten voor meteorologen zijn de dikte van de luchtlaag tussen het ‘1000 en 850 hPa†vlak (de hoogte in de atmosfeer waarop de barometer, als je hem daar zou kunnen ophangen, een luchtdruk van respectievelijk 1000 en 850 hPa zou aanwijzen. Die dikte, in meters, zegt iets over hoe koud de luchtlaag in dit deel van de atmosfeer is. Hoe dunner, hoe kouder de lucht. Want koude lucht klinkt in en is zwaar. De barometer daalt in zulke lucht snel met de hoogte. Ook de dikte van de luchtlaag tussen 1000 en 500 hPa is van belang.
Als laatste kunnen we ook nog iets zeggen aan de hand van een getal, dat iets zegt over de vochtinhoud en de temperatuur van de luchtmassa, waarin we ons bevinden. Die grootheid wordt Theta-W genoemd. Om voor het komende weekeinde te bepalen hoe de sneeuwkansen erbij staan, gaan we elk van de hiervoor genoemde parameters nu even apart toepassen.
Weersituatie
Maar eerst kijken we even naar de weersituatie op dat moment. Een lagedrukgebiedje boven de westkust van Noorwegen en een groot hogedrukgebied boven de Atlantische Oceaan veroorzaken zaterdag een soort glijbaan van buien vanuit het zeer koude noorden (zie luchtdrukkaartje hieronder). De isobaren liggen vrij dicht bij elkaar, wat betekent dat er veel wind staat en deze komt vrijwel lijnrecht vanuit het zeer koude Poolgebied. Voor november zijn de temperaturen in de bovenlucht zelfs ongewoon laag. Zaterdag hebben we te maken met een kouinval op hoogte. Een bel met zeer koude lucht met een temperatuur van -41 graden op 5 kilometer hoogte komt dan boven ons land te hangen.
De luchtdrukverdeling op 500 hPa voor zaterdagmiddag 12 uur.
De stroming in de bovenlucht ligt vrijwel parallel aan de stroming aan de grond en ook hier liggen de stroomlijnen vrij dicht op elkaar (zie hoogtekaartje op 500 hPa). De wind in de bovenlucht is op datzelfde moment dus ook vrij sterk. Hierdoor krijgt de wind aan de grond nog wat extra stimulans, waardoor buien als het ware in een stroomversnelling ons land bereiken.
Neerslag
Nu is een ander punt natuurlijk dat, ook al is de atmosfeer er klaar voor, er ook op het moment suprême neerslag moet vallen, wil er sneeuw komen. Aan die voorwaarde wordt zaterdag in het grootste deel van het land voldaan. Met het nog relatief warme zeewater voor de kust wordt de koude lucht boven de Noordzee erg onstabiel en ontstaan er boven het water erg gemakkelijk buien. Omdat het temperatuurverschil vrij groot is, het zeewater is nu zo’n 12 graden en de lucht op 1,5 kilometer hoogte ligt zaterdag op -6 graden, ontstaan er gemakkelijk flinke buien. De buien worden steeds opnieuw van onderen gevoed door het warme zeewater. In een noordelijke stroming glijden de buien zaterdag de Nederlandse kust op (zie neerslagkaartje hiernaast). In het zuidoosten van het land is het rond het middaguur echter grotendeels droog, daar lijkt het ‘s middags dus niet te kunnen gaan sneeuwen.
De neerslaghoeveelheden voor diezelfde zaterdagmiddag.
Temperatuur op 1,5 meter hoogte
Ongemerkt hebben we het nu al over punt 2 van de voorwaarden gehad. De temperatuur op 1,5 meter hoogte. Hoewel het tussen de buien door zaterdag wel 5 of 6 graden kan worden, daalt de temperatuur in buien heel snel tot dicht bij het vriespunt. Dan is het ruimschoots koud genoeg om natte sneeuw te krijgen (let wel: in samenwerking met de andere 4 voorwaarden). De eerste voorwaarde voldoet!
De andere 4 voorwaarden
Als eerste kijken we naar de dikte van de luchtlaag tussen 1000 en 850 hPa. Deze moet, wil er een kans op sneeuw zijn, tussen 1310 en 1280 meter zijn. Als de laag minder dik is dan 1280 meter, dan is de kans op sneeuw (opnieuw slechts in combinatie met de andere 4 voorwaarden) bijna 100%. Op de diktekaart hiernaast zie je dat de dikte van deze laag zaterdagmiddag in het grootste deel van het land 1280 is. Aan een tweede voorwaarde wordt hiermee ook voldaan.
De dikte van de luchtlaag tussen 1000 en 850 hPa.
In het kaartje hieronder zie je de dikte van de laag tussen 1000 en 500 hPa en daarmee komen we op voorwaarde 3. De dikte van deze laag is zaterdagmiddag vooral in het noordoosten erg laag, 5130 meter, en in Zeeland het minst laag, met 5180 meter. Toch zijn allebei deze waarden laag genoeg om sneeuw te veroorzaken. Om überhaupt een kans op sneeuw te krijgen moet de dikte van deze laag namelijk tussen 5350 en 5200 meter liggen en bij een dikte van 5200 meter is de kans op sneeuw 90%. Met deze waarden ligt ook hier de kans dus op bijna 100%.
De dikte van de luchtlaag tussen 1000 en 500 hPa.
Op naar voorwaarde 4, de Theta-W waarde. Deze moet tussen 0 en 7 graden Celsius liggen, wil er een kans op sneeuw zijn. In het kaartje aan de linkerzijde die de Theta-W waarden laat zien, zien we dat ook aan deze voorwaarde in het hele land wordt voldaan. Vooral in het Overijssel en Drenthe liggen de waarden erg laag, rond -2 graden.
De Theta-W waarden op 850 hPa.
De kans op sneeuw is op alle 4 deze voorwaarden dus bijna 100%. Maar er rest er ons nog één die de uiteindelijke doorslag zal gaan geven, de hoogte van het nulgradenniveau. In feite dus de hoogte in de atmosfeer waar het 0 graden wordt.
Als deze voorwaarde tussen 0 en 60 hPa uitkomt is er ook volgens deze regel een kans op sneeuw. Kijken we dan even naar het nulgradenniveaukaartje hieronder, wordt duidelijk dat deze in vrijwel het hele land onder die 60 uitkomt. In het noordoosten van het land is de waarde zelfs 0. Alleen in het uiterste zuidwesten van Zeeland is de kans op sneeuw hierdoor minder groot.
De hoogte van het nulgradenniveau voor de zaterdagmiddag.
Waar is de kans op sneeuw nu het grootst?
In vrijwel het hele land wordt dus zaterdagmiddag aan de 5 voorwaarden voldaan, alleen valt er in het zuidoosten op dat moment weinig neerslag. De grootste hoeveelheden sneeuw lijken volgens deze uitgangssituatie vooral in de noordoostelijke hoek van het land te gaan vallen.
©Bron: Meteo Consult
Guur weer op komst
De komende dagen, vooral vrijdag en zaterdag, worden buiig met windstoten. Bovendien wordt de lucht steeds kouder zodat lokaal ook de eerste natte sneeuw kan vallen. Zondag wordt de lucht nog kouder en nemen de sneeuwkansen mogelijk nog iets toe.
Het is niet onmogelijk dat het landschap lokaal even wit wordt. Dat is heel normaal voor deze tijd van het jaar. In november valt gemiddeld op 2 Ã 3 dagen sneeuw, meestal uit winterse buien.
©KNMI
De komende dagen, vooral vrijdag en zaterdag, worden buiig met windstoten. Bovendien wordt de lucht steeds kouder zodat lokaal ook de eerste natte sneeuw kan vallen. Zondag wordt de lucht nog kouder en nemen de sneeuwkansen mogelijk nog iets toe.
Het is niet onmogelijk dat het landschap lokaal even wit wordt. Dat is heel normaal voor deze tijd van het jaar. In november valt gemiddeld op 2 Ã 3 dagen sneeuw, meestal uit winterse buien.
©KNMI
De lange latten uit de kast?
De echte wintersportliefhebbers in de weerkamer van Meteo Consult houden de weerkaarten al een tijdje scherp in de gaten. Regelmatig loopt de opwinding bij een enkeling hoog op als de kaarten de positieve kant op lijken te gaan. Maar natuurlijk zijn er ook niet-meteorologen die graag willen weten hoe het ervoor staat.
Uit bovenstaande inleiding blijkt al dat er gebieden in Europa zijn waar het ook nu al winters wit is. Dichtbij huis valt het op dit moment wel mee, al zou komend weekend natuurlijk wel het een en ander aan winterse neerslag naar beneden kunnen komen vallen. Toch lijkt een eventuele witte wereld in ons eigen land maar van korte duur te zijn. De temperaturen zijn namelijk te hoog om sneeuw langdurig te laten liggen en ook is de ondergrond nog te warm.
Toch is het niet onmogelijk dat er in november al flinke sneeuwval is in Nederland. Vooral de laatste decade van november 2005 zullen mensen zich nog goed kunnen herinneren. Door het KNMI werden toen twee weeralarmen afgegeven. Eentje was voor zeer zware windstoten, de andere voor zware sneeuwval.
Deze foto geeft in één oogopslag weer waardoor op 25 november 2005 onder andere het treinverkeer helemaal stil kwam te liggen. Naast sneeuwval speelden ook windstoten een belangrijke rol. Foto: Jan Witting.
In delen van Brabant, Gelderland en Limburg kwam toen 3 centimeter sneeuw per uur naar beneden. Op een aantal plaatsen op de Veluwe was het sneeuwdek zelfs zo’n 30 tot 40 centimeter dik. Wegen werden hierdoor onbegaanbaar en ook het openbaar vervoer kwam totaal stil te liggen in deze regio’s.
Iets verder van huis
Niet alleen in ons land zou het komend weekend tot sneeuwval kunnen komen. Ook in Duitsland en in de Ardennen wordt er een paar centimeter verse sneeuw berekend door de verschillende modellen.
De sneeuwdikte op aanstaande zondag volgens de berekeningen van het Europese model. Het zuidoosten van Nederland zou zo maar eens wit kunnen zijn!
Tsjechië is een land dat de laatste jaren erg in trek begint te raken bij liefhebbers van wintersportreizen. Ook voor die regio zijn de vooruitzichten gunstig. Volgens de berekeningen van het Europese model komt vrijwel het hele land komend weekend onder een laag witte sneeuw te liggen. Dat biedt perspectieven voor het wintersportseizoen!
De plaatsen waar tot en met zondag volgens de berekeningen van het Europese model sneeuw gaat vallen.
In Frankrijk zien de verwachtingen er ook goed uit. In zowel de Vogezen als het Centraal Massief valt de komende week sneeuw, al is vooral het eerst genoemde gebergte in trek bij de wintersporter. Maar niet alleen in Frankrijk, maar ook in het grensgebied tussen Spanje en Frankrijk, de Pyreneeën, ziet het er gunstig uit. Sterker nog, er gaat daar meer sneeuw vallen dan in de eerder genoemde gebergten.
Het Alpenmassief
De Alpen zijn natuurlijk het wintersportgebied bij uitstek. Tijdens de afgelopen weken viel vooral aan de zuidzijde van dit gebergte sneeuw, maar ook op de noordelijke berghellingen gaat de komende dagen veel winters wit vallen.
De sneeuwgrens komt komend weekend in de Alpen tot in de dalen te liggen.
De sneeuwgrens komt daar tot in de dalen te liggen en de sneeuwdikte loopt soms op tot meer dan een meter. Daarmee wordt een solide basis gelegd voor het komende wintersportseizoen, maar zoveel sneeuw in één keer behoeft wel een kanttekening. Lawinegevaar is namelijk niet onwaarschijnlijk bij dergelijke hoeveelheden.
Het koudste plekje
In Scandinavië ligt de sneeuwgrens op zeeniveau. Ook daar gaat veel sneeuw vallen. Door het Europese model worden tot en met zondag hoeveelheden tot ruim anderhalve meter berekend. Vooral de kust van Noorwegen krijgt een flinke hoeveelheid sneeuw te verwerken. In de regenschaduw van de fjorden valt duidelijk minder, maar ook daar zal het zeker wit gaan worden.
Ook in Scandinavië wordt het volgens het Europese model wit. Opvallend is dat vooral in Noorwegen veel sneeuw gaat vallen.
In Scandinavië ligt de sneeuwgrens op zeeniveau.
Toch is het de vraag in hoeverre dit gebied echt geschikt is voor wintersport. Overdag zijn de temperaturen er erg laag. Een maximumtemperatuur van 18 graden onder nul heeft zelfs in de kaarten gestaan.
Bron: Meteo Consult.
De echte wintersportliefhebbers in de weerkamer van Meteo Consult houden de weerkaarten al een tijdje scherp in de gaten. Regelmatig loopt de opwinding bij een enkeling hoog op als de kaarten de positieve kant op lijken te gaan. Maar natuurlijk zijn er ook niet-meteorologen die graag willen weten hoe het ervoor staat.
Uit bovenstaande inleiding blijkt al dat er gebieden in Europa zijn waar het ook nu al winters wit is. Dichtbij huis valt het op dit moment wel mee, al zou komend weekend natuurlijk wel het een en ander aan winterse neerslag naar beneden kunnen komen vallen. Toch lijkt een eventuele witte wereld in ons eigen land maar van korte duur te zijn. De temperaturen zijn namelijk te hoog om sneeuw langdurig te laten liggen en ook is de ondergrond nog te warm.
Toch is het niet onmogelijk dat er in november al flinke sneeuwval is in Nederland. Vooral de laatste decade van november 2005 zullen mensen zich nog goed kunnen herinneren. Door het KNMI werden toen twee weeralarmen afgegeven. Eentje was voor zeer zware windstoten, de andere voor zware sneeuwval.
Deze foto geeft in één oogopslag weer waardoor op 25 november 2005 onder andere het treinverkeer helemaal stil kwam te liggen. Naast sneeuwval speelden ook windstoten een belangrijke rol. Foto: Jan Witting.
In delen van Brabant, Gelderland en Limburg kwam toen 3 centimeter sneeuw per uur naar beneden. Op een aantal plaatsen op de Veluwe was het sneeuwdek zelfs zo’n 30 tot 40 centimeter dik. Wegen werden hierdoor onbegaanbaar en ook het openbaar vervoer kwam totaal stil te liggen in deze regio’s.
Iets verder van huis
Niet alleen in ons land zou het komend weekend tot sneeuwval kunnen komen. Ook in Duitsland en in de Ardennen wordt er een paar centimeter verse sneeuw berekend door de verschillende modellen.
De sneeuwdikte op aanstaande zondag volgens de berekeningen van het Europese model. Het zuidoosten van Nederland zou zo maar eens wit kunnen zijn!
Tsjechië is een land dat de laatste jaren erg in trek begint te raken bij liefhebbers van wintersportreizen. Ook voor die regio zijn de vooruitzichten gunstig. Volgens de berekeningen van het Europese model komt vrijwel het hele land komend weekend onder een laag witte sneeuw te liggen. Dat biedt perspectieven voor het wintersportseizoen!
De plaatsen waar tot en met zondag volgens de berekeningen van het Europese model sneeuw gaat vallen.
In Frankrijk zien de verwachtingen er ook goed uit. In zowel de Vogezen als het Centraal Massief valt de komende week sneeuw, al is vooral het eerst genoemde gebergte in trek bij de wintersporter. Maar niet alleen in Frankrijk, maar ook in het grensgebied tussen Spanje en Frankrijk, de Pyreneeën, ziet het er gunstig uit. Sterker nog, er gaat daar meer sneeuw vallen dan in de eerder genoemde gebergten.
Het Alpenmassief
De Alpen zijn natuurlijk het wintersportgebied bij uitstek. Tijdens de afgelopen weken viel vooral aan de zuidzijde van dit gebergte sneeuw, maar ook op de noordelijke berghellingen gaat de komende dagen veel winters wit vallen.
De sneeuwgrens komt komend weekend in de Alpen tot in de dalen te liggen.
De sneeuwgrens komt daar tot in de dalen te liggen en de sneeuwdikte loopt soms op tot meer dan een meter. Daarmee wordt een solide basis gelegd voor het komende wintersportseizoen, maar zoveel sneeuw in één keer behoeft wel een kanttekening. Lawinegevaar is namelijk niet onwaarschijnlijk bij dergelijke hoeveelheden.
Het koudste plekje
In Scandinavië ligt de sneeuwgrens op zeeniveau. Ook daar gaat veel sneeuw vallen. Door het Europese model worden tot en met zondag hoeveelheden tot ruim anderhalve meter berekend. Vooral de kust van Noorwegen krijgt een flinke hoeveelheid sneeuw te verwerken. In de regenschaduw van de fjorden valt duidelijk minder, maar ook daar zal het zeker wit gaan worden.
Ook in Scandinavië wordt het volgens het Europese model wit. Opvallend is dat vooral in Noorwegen veel sneeuw gaat vallen.
In Scandinavië ligt de sneeuwgrens op zeeniveau.
Toch is het de vraag in hoeverre dit gebied echt geschikt is voor wintersport. Overdag zijn de temperaturen er erg laag. Een maximumtemperatuur van 18 graden onder nul heeft zelfs in de kaarten gestaan.
Bron: Meteo Consult.
Kans op sneeuw neemt snel toe
De herfst en de winter strijden de komende dagen om de hoofdrol in het weerbeeld. Tot aan het weekeinde krijgt Nederland te maken met buien en windstoten, en tegelijk neemt de kans op sneeuw snel toe. Zaterdag blijft de sneeuw op sommige plaatsen mogelijk liggen, zodat het hier en daar even wit kan worden. Hoewel een winters landschap in deze tijd van het jaar heel normaal is, verloopt november tot nu toe 'buitengewoon zacht', meldt de website van weerman Jan Visser.
Gemiddeld is in De Bilt 8,8 graden geregistreerd, tegen 6,2 graden normaal. Daar komt snel verandering in, en dat gaat gepaard met onstuimig weer. De noordelijke provincies krijgen donderdagmiddag al te maken met zware windstoten van zo'n 85 kilometer per uur en buien. 's Avonds maakt ook de westkust kans op zware windstoten en breiden de buien zich verder uit, waarschuwen de weerkundigen.
Ook vrijdag is onstuimig en nat. Bovendien wordt het dan kouder, meldt ook Weeronline. Waar de temperatuur donderdag nog uitkomt op zo'n 10 graden, blijft het kwik vrijdag al steken tussen de 5 en 8 graden. De buien kunnen gepaard gaan met windstoten. 's Avonds neemt de kans op winterse neerslag toe.
In het weekeinde zakt de temperatuur nog verder. Overdag wordt het maximaal 5 graden en 's nachts kan het licht vriezen. Ook hangen het land winterse buien boven het hoofd.
©De Pers | Gewijzigd: 28 augustus 2017, 12:50 uur, door Joyce.s
De herfst en de winter strijden de komende dagen om de hoofdrol in het weerbeeld. Tot aan het weekeinde krijgt Nederland te maken met buien en windstoten, en tegelijk neemt de kans op sneeuw snel toe. Zaterdag blijft de sneeuw op sommige plaatsen mogelijk liggen, zodat het hier en daar even wit kan worden. Hoewel een winters landschap in deze tijd van het jaar heel normaal is, verloopt november tot nu toe 'buitengewoon zacht', meldt de website van weerman Jan Visser.
Gemiddeld is in De Bilt 8,8 graden geregistreerd, tegen 6,2 graden normaal. Daar komt snel verandering in, en dat gaat gepaard met onstuimig weer. De noordelijke provincies krijgen donderdagmiddag al te maken met zware windstoten van zo'n 85 kilometer per uur en buien. 's Avonds maakt ook de westkust kans op zware windstoten en breiden de buien zich verder uit, waarschuwen de weerkundigen.
Ook vrijdag is onstuimig en nat. Bovendien wordt het dan kouder, meldt ook Weeronline. Waar de temperatuur donderdag nog uitkomt op zo'n 10 graden, blijft het kwik vrijdag al steken tussen de 5 en 8 graden. De buien kunnen gepaard gaan met windstoten. 's Avonds neemt de kans op winterse neerslag toe.
In het weekeinde zakt de temperatuur nog verder. Overdag wordt het maximaal 5 graden en 's nachts kan het licht vriezen. Ook hangen het land winterse buien boven het hoofd.
©De Pers | Gewijzigd: 28 augustus 2017, 12:50 uur, door Joyce.s
Verkeer gewaarschuwd voor eerste sneeuwval
Het verkeer moet de komende dagen voorbereid zijn op de eerste sneeuwval van het seizoen. Buien en windstoten teisteren Nederland donderdag al en daarna wordt de kans op sneeuw steeds groter. Zaterdag gaat het regionaal langere tijd sneeuwen, zodat de sneeuw her en der bij temperaturen van maximaal 5 graden even blijft liggen. Vrijdagavond al kunnen de buien winters zijn.
Rijkswaterstaat strooit de wegen preventief, maar ziet in de weersvoorspellingen nog geen aanleiding om het verkeer te waarschuwen voor winterse taferelen. "Dat gebeurt alleen in extreme omstandigheden", verklaart een zegsman donderdag. "Wel is het in het verkeer zaak om op te letten, omdat we toch te maken krijgen met een ander weertype."
Als zich 'bijzondere weersomstandigheden' voordoen, maakt Rijkswaterstaat daar melding van via de actuele verkeersinformatie. Alarmcentrale SOS International geeft verkeersdeelnemers adviezen om de komende dagen niet door het winterse weer te worden verrast. Zo raadt de hulpverleningsdienst aan om gebruik te maken van winterbanden, ruitvloeistof te controleren en tijdens sneeuwbuien de snelheid te matigen en extra afstand te houden.
Ook adviseert de alarmcentrale automobilisten een winterpakket voor de auto te maken met onder meer sneeuwkettingen, ruitvloeistof en drinkwater. Ook een noodrantsoen met bijvoorbeeld chocola en energierepen mag niet ontbreken.
©De Pers
Wilt u discussiëren dan verwijs ik jullie naar dit topic: Winterweer op komst?
| Gewijzigd: 28 augustus 2017, 12:50 uur, door Joyce.s
Het verkeer moet de komende dagen voorbereid zijn op de eerste sneeuwval van het seizoen. Buien en windstoten teisteren Nederland donderdag al en daarna wordt de kans op sneeuw steeds groter. Zaterdag gaat het regionaal langere tijd sneeuwen, zodat de sneeuw her en der bij temperaturen van maximaal 5 graden even blijft liggen. Vrijdagavond al kunnen de buien winters zijn.
Rijkswaterstaat strooit de wegen preventief, maar ziet in de weersvoorspellingen nog geen aanleiding om het verkeer te waarschuwen voor winterse taferelen. "Dat gebeurt alleen in extreme omstandigheden", verklaart een zegsman donderdag. "Wel is het in het verkeer zaak om op te letten, omdat we toch te maken krijgen met een ander weertype."
Als zich 'bijzondere weersomstandigheden' voordoen, maakt Rijkswaterstaat daar melding van via de actuele verkeersinformatie. Alarmcentrale SOS International geeft verkeersdeelnemers adviezen om de komende dagen niet door het winterse weer te worden verrast. Zo raadt de hulpverleningsdienst aan om gebruik te maken van winterbanden, ruitvloeistof te controleren en tijdens sneeuwbuien de snelheid te matigen en extra afstand te houden.
Ook adviseert de alarmcentrale automobilisten een winterpakket voor de auto te maken met onder meer sneeuwkettingen, ruitvloeistof en drinkwater. Ook een noodrantsoen met bijvoorbeeld chocola en energierepen mag niet ontbreken.
©De Pers
Wilt u discussiëren dan verwijs ik jullie naar dit topic: Winterweer op komst?
| Gewijzigd: 28 augustus 2017, 12:50 uur, door Joyce.s
Sneeuwdek als hindernis
Kou verovert morgen en in het weekeinde een groot deel van het continent, met zeker landinwaarts in West- en Midden-Europa op steeds meer plaatsen sneeuw. Het sneeuwdek beperkt zich daar zeker niet alleen tot de berggebieden. Ook in een flink deel van het laagland wordt het wit.
Als zo’n sneeuwdek zich echt ver uitstrekt, en het vervolgens koud genoeg blijft om een tijd te blijven liggen, kan dit belangrijke gevolgen hebben voor de weersontwikkelingen op de lange termijn. Een langdurig aanwezig gesloten sneeuwdek van duizenden kilometers boven het continent, zorgt namelijk voor een verdere opbouw van kou. Zo’n sneeuwvlakte met koude lucht erboven bemoeilijkt het binnendringen van zachtere omstandigheden.
Grootschalig sneeuwdek Europa hindernis voor zachte oceaanlucht
In het verleden hebben we dit al vaker gezien. De zeer koude winter van 1979 was daar een goed voorbeeld van. Met soms luchtdrukverdelingen die normaal gesproken kansloos zijn voor winterweer, maar door de aanwezigheid van een forse voorraad kou boven het continent in de praktijk vorst opleverden.
Oceaandepressies verschenen regelmatig voor de westkust van Europa, en in de bovenlucht kwam zo nu en dan wel even warmere lucht binnenzetten. Maar aan de grond bleef het koud.
Dit kwam niet alleen door de aanwezigheid van sneeuw op het continent, ook als gevolg van een indirect effect ervan. Doordat de lucht onderin koud was, was de lucht relatief zwaar. Dat resulteerde in meer wrijving tussen de luchtstroom en het aardoppervlak, en dus een afremming van de wind, in vergelijking met normale omstandigheden. Het uiteindelijke resultaat ervan was dat de wind aan de grond relatief sterk gekrompen was.
Simpel gezegd: waar puur op basis van de luchtdrukverdelingen de wind als zuidwest zou zijn ingeschat, was deze in zulke gevallen meer zuidelijk. Daarmee bleef de aanvoer aan de grond vaak aflandig, bij drukverdelingen die normaal gesproken voor luchtaanvoer vanaf zee en dus zachtere omstandigheden zou hebben geleid. Tel daarbij op de enorme (en zware) voorraad kou boven het continent, en de warme lucht kan zijn borst nat maken.
Overigens resulteerde het nu en dan binnenstromen van warme lucht hoog in de atmosfeer in combinatie met de hardnekkige kou aan de grond in de winter van ’79 in diverse ijzelsituaties.
De ontwikkelingen nu
Het aardige van de situatie van nu, is dat zoals aangegeven in een groot gebied boven het continent gaat sneeuwen rondom het komende weekeinde. Kunnen we ons dan nu gaan opmaken voor een lange legendarische winter? Nou, als we dat zouden beweren dan lopen we niet 1, niet 2, niet 3, maar 300 honderd stappen te hard van stapel.
De sneeuwbedekking volgens het Europese weermodel ECMWF, volgende week zaterdag.
Als we even terugstappen uit de weidse fantasie van de winterliefhebber, is het de komende week evenwel, ook nuchter bekeken, spannend genoeg. De computermodellen komen met een keur aan mogelijke ontwikkelingen, die zeker volgende week flink uit elkaar beginnen te lopen. Daarmee neemt de onzekerheid fors toe, maar tegelijkertijd blijven er, naast zachte, ook behoorlijk wat winterse mogelijkheden open.
Volgens het ECMWF-model
De bij het schrijven van dit verhaal meest recente versie van het belangrijkste weermodel (ECMWF) laat bijvoorbeeld, binnen deze waaier aan onzekerheden, een ontwikkeling zien waarbij in de loop van de komende 9 dagen een steeds groter deel van Europa onder een sneeuwdek komt te liggen (zie de afbeelding hiernaast).
En bij ons gaat het, volgens die berekening, in de tussentijd een aantal nachten vriezen. Nadat maandag een storing met neerslag naar het zuiden wegtrekt, trekt langzaam een rug van hoge luchtdruk van noord naar zuid over het land. Eerst is de wind oostelijk en voert ze koude lucht aan van boven het besneeuwde Duitsland. Vervolgens valt de wind vrijwel helemaal weg, waardoor het ’s nachts steeds verder afkoelt. En door de lange nachten, en korte dagen, komen de temperaturen overdag steeds minder ver boven het vriespunt uit.
Vrijdag berekent het ECMWF een lagedrukgebied voor de Europese kust. Bij ons voert een zuidenwind aan de grond koude lucht aan van boven een besneeuwd Frankrijk. Koude lucht die vrijdag en zaterdag vanuit het noorden al Europa binnenstroomt, en door het berekende sneeuwdek koud blijft/verder afkoelt. Bij ons wordt die dag op landelijke schaal een maximumtemperatuur onder het vriespunt berekend. De dagen ervoor komt het volgens het model al op uitgebreide schaal tot vorst in de nacht.
Uiteindelijk doemt vrijdag aan de westflanken van het continent een lagedrukgebied op. En oceaanstoringen naderen, met erachter zachtere lucht. Maar de stroming aan de grond blijft zuidelijk, aflandig, en komt van boven een uitgestrekt sneeuwdek boven Frankrijk. Juist die vrijdag is daarmee de koudste dag van de periode, landelijk maximumtemperaturen onder het vriespunt. De neerslag die het ECMWF-model berekent, valt dan ook in de vorm van sneeuw, eventueel ijzel. In de loop van de avond en de volgende dag komt het kwik op steeds meer plaatsen boven het vriespunt. Maar echt doorzetten doet de zachte oceaanlucht op zaterdag, de laatste dag van de periode die de hoofdberekening beschrijft, ook weer niet.
Zie daar, een 1979-achtige weersontwikkeling.
Ook met beide benen op de grond moed voor de winterburger
Terug met beide winterbenen op de grond, is het duidelijk dat deze berekening zeker niet de enige mogelijkheid is de komende week. Sterker nog, ondanks dat de hoofdberekening van het Amerikaanse weermodel NCEP in basis dezelfde ontwikkeling steunt als de hoofdberekening van het ECMWF, zijn er vele andere computerberekeningen die een stuk zachtere situatie laten optekenen.
Kijk hieronder maar eens naar de zogenaamde temperatuurspluim. Deze toont meer dan 50 verschillende berekeningen. De rode lijn is de hoofdberekening van het ECMWF, de blauwe die van het NCEP. Beiden nemen ongeveer dezelfde route. Echter, een groot deel van de andere lijntjes - extra berekeningen van het ECMWF die het doel hebben om iets te kunnen zeggen over de zekerheid van de door de hoofdberekening beschreven ontwikkeling, en eventueel alternatieve oplossingen – gaan voor een groot deel een heel andere, zachtere, weg.
De ontwikkelingen zoals het ECMWF die voor zich ziet, wordt zeker niet door alle berekeningen ondersteund. De bovenstaande pluim laat dat zien. Daarin staan voor meer dan 50 verschillende berekeningen de ontwikkeling van de temperatuur in Nederland door de tijd heen.
Kortom: de onzekerheid is groot. Tegelijkertijd kan de winterliefhebbende burger juist uit deze onzekerheid moet putten. Een afwijking van het normaal gesproken zachte stramien, behoort dan immers tot de mogelijkheden. En ruimte om te dromen over wat misschien, eventueel, in het geval alle puzzelstukjes in elkaar vallen, een mooie winter zou kunnen worden.
Bron: Meteo Consult
Kou verovert morgen en in het weekeinde een groot deel van het continent, met zeker landinwaarts in West- en Midden-Europa op steeds meer plaatsen sneeuw. Het sneeuwdek beperkt zich daar zeker niet alleen tot de berggebieden. Ook in een flink deel van het laagland wordt het wit.
Als zo’n sneeuwdek zich echt ver uitstrekt, en het vervolgens koud genoeg blijft om een tijd te blijven liggen, kan dit belangrijke gevolgen hebben voor de weersontwikkelingen op de lange termijn. Een langdurig aanwezig gesloten sneeuwdek van duizenden kilometers boven het continent, zorgt namelijk voor een verdere opbouw van kou. Zo’n sneeuwvlakte met koude lucht erboven bemoeilijkt het binnendringen van zachtere omstandigheden.
Grootschalig sneeuwdek Europa hindernis voor zachte oceaanlucht
In het verleden hebben we dit al vaker gezien. De zeer koude winter van 1979 was daar een goed voorbeeld van. Met soms luchtdrukverdelingen die normaal gesproken kansloos zijn voor winterweer, maar door de aanwezigheid van een forse voorraad kou boven het continent in de praktijk vorst opleverden.
Oceaandepressies verschenen regelmatig voor de westkust van Europa, en in de bovenlucht kwam zo nu en dan wel even warmere lucht binnenzetten. Maar aan de grond bleef het koud.
Dit kwam niet alleen door de aanwezigheid van sneeuw op het continent, ook als gevolg van een indirect effect ervan. Doordat de lucht onderin koud was, was de lucht relatief zwaar. Dat resulteerde in meer wrijving tussen de luchtstroom en het aardoppervlak, en dus een afremming van de wind, in vergelijking met normale omstandigheden. Het uiteindelijke resultaat ervan was dat de wind aan de grond relatief sterk gekrompen was.
Simpel gezegd: waar puur op basis van de luchtdrukverdelingen de wind als zuidwest zou zijn ingeschat, was deze in zulke gevallen meer zuidelijk. Daarmee bleef de aanvoer aan de grond vaak aflandig, bij drukverdelingen die normaal gesproken voor luchtaanvoer vanaf zee en dus zachtere omstandigheden zou hebben geleid. Tel daarbij op de enorme (en zware) voorraad kou boven het continent, en de warme lucht kan zijn borst nat maken.
Overigens resulteerde het nu en dan binnenstromen van warme lucht hoog in de atmosfeer in combinatie met de hardnekkige kou aan de grond in de winter van ’79 in diverse ijzelsituaties.
De ontwikkelingen nu
Het aardige van de situatie van nu, is dat zoals aangegeven in een groot gebied boven het continent gaat sneeuwen rondom het komende weekeinde. Kunnen we ons dan nu gaan opmaken voor een lange legendarische winter? Nou, als we dat zouden beweren dan lopen we niet 1, niet 2, niet 3, maar 300 honderd stappen te hard van stapel.
De sneeuwbedekking volgens het Europese weermodel ECMWF, volgende week zaterdag.
Als we even terugstappen uit de weidse fantasie van de winterliefhebber, is het de komende week evenwel, ook nuchter bekeken, spannend genoeg. De computermodellen komen met een keur aan mogelijke ontwikkelingen, die zeker volgende week flink uit elkaar beginnen te lopen. Daarmee neemt de onzekerheid fors toe, maar tegelijkertijd blijven er, naast zachte, ook behoorlijk wat winterse mogelijkheden open.
Volgens het ECMWF-model
De bij het schrijven van dit verhaal meest recente versie van het belangrijkste weermodel (ECMWF) laat bijvoorbeeld, binnen deze waaier aan onzekerheden, een ontwikkeling zien waarbij in de loop van de komende 9 dagen een steeds groter deel van Europa onder een sneeuwdek komt te liggen (zie de afbeelding hiernaast).
En bij ons gaat het, volgens die berekening, in de tussentijd een aantal nachten vriezen. Nadat maandag een storing met neerslag naar het zuiden wegtrekt, trekt langzaam een rug van hoge luchtdruk van noord naar zuid over het land. Eerst is de wind oostelijk en voert ze koude lucht aan van boven het besneeuwde Duitsland. Vervolgens valt de wind vrijwel helemaal weg, waardoor het ’s nachts steeds verder afkoelt. En door de lange nachten, en korte dagen, komen de temperaturen overdag steeds minder ver boven het vriespunt uit.
Vrijdag berekent het ECMWF een lagedrukgebied voor de Europese kust. Bij ons voert een zuidenwind aan de grond koude lucht aan van boven een besneeuwd Frankrijk. Koude lucht die vrijdag en zaterdag vanuit het noorden al Europa binnenstroomt, en door het berekende sneeuwdek koud blijft/verder afkoelt. Bij ons wordt die dag op landelijke schaal een maximumtemperatuur onder het vriespunt berekend. De dagen ervoor komt het volgens het model al op uitgebreide schaal tot vorst in de nacht.
Uiteindelijk doemt vrijdag aan de westflanken van het continent een lagedrukgebied op. En oceaanstoringen naderen, met erachter zachtere lucht. Maar de stroming aan de grond blijft zuidelijk, aflandig, en komt van boven een uitgestrekt sneeuwdek boven Frankrijk. Juist die vrijdag is daarmee de koudste dag van de periode, landelijk maximumtemperaturen onder het vriespunt. De neerslag die het ECMWF-model berekent, valt dan ook in de vorm van sneeuw, eventueel ijzel. In de loop van de avond en de volgende dag komt het kwik op steeds meer plaatsen boven het vriespunt. Maar echt doorzetten doet de zachte oceaanlucht op zaterdag, de laatste dag van de periode die de hoofdberekening beschrijft, ook weer niet.
Zie daar, een 1979-achtige weersontwikkeling.
Ook met beide benen op de grond moed voor de winterburger
Terug met beide winterbenen op de grond, is het duidelijk dat deze berekening zeker niet de enige mogelijkheid is de komende week. Sterker nog, ondanks dat de hoofdberekening van het Amerikaanse weermodel NCEP in basis dezelfde ontwikkeling steunt als de hoofdberekening van het ECMWF, zijn er vele andere computerberekeningen die een stuk zachtere situatie laten optekenen.
Kijk hieronder maar eens naar de zogenaamde temperatuurspluim. Deze toont meer dan 50 verschillende berekeningen. De rode lijn is de hoofdberekening van het ECMWF, de blauwe die van het NCEP. Beiden nemen ongeveer dezelfde route. Echter, een groot deel van de andere lijntjes - extra berekeningen van het ECMWF die het doel hebben om iets te kunnen zeggen over de zekerheid van de door de hoofdberekening beschreven ontwikkeling, en eventueel alternatieve oplossingen – gaan voor een groot deel een heel andere, zachtere, weg.
De ontwikkelingen zoals het ECMWF die voor zich ziet, wordt zeker niet door alle berekeningen ondersteund. De bovenstaande pluim laat dat zien. Daarin staan voor meer dan 50 verschillende berekeningen de ontwikkeling van de temperatuur in Nederland door de tijd heen.
Kortom: de onzekerheid is groot. Tegelijkertijd kan de winterliefhebbende burger juist uit deze onzekerheid moet putten. Een afwijking van het normaal gesproken zachte stramien, behoort dan immers tot de mogelijkheden. En ruimte om te dromen over wat misschien, eventueel, in het geval alle puzzelstukjes in elkaar vallen, een mooie winter zou kunnen worden.
Bron: Meteo Consult
Twee doden in het verkeer in Drenthe
In Drenthe zijn vrijdagmiddag onder winterse omstandigheden twee doden in het verkeer gevallen. Een 72-jarige inwoner van Gasselte raakte op de N33 bij Gieten tijdens een hagelbui in de slip en op de verkeerde weghelft. Daar werd zijn auto gegrepen door een vrachtwagen.
In Klazienaveen werd een 51-jarige fietser uit Emmer-Compascuum aangereden door een auto. De bestuurder daarvan, een 27-jarige inwoner van Barger-Compascuum, verklaarde dat hij in de natte sneeuw verblind was geraakt door de koplampen van een tegenligger. Omdat hij daarbij naar rechts stuurde, acht de politie hem verantwoordelijk voor het ongeluk. De bestuurder had niet gedronken. Het slachtoffer overleed later in het ziekenhuis in Emmen.
©DvhN
In Drenthe zijn vrijdagmiddag onder winterse omstandigheden twee doden in het verkeer gevallen. Een 72-jarige inwoner van Gasselte raakte op de N33 bij Gieten tijdens een hagelbui in de slip en op de verkeerde weghelft. Daar werd zijn auto gegrepen door een vrachtwagen.
In Klazienaveen werd een 51-jarige fietser uit Emmer-Compascuum aangereden door een auto. De bestuurder daarvan, een 27-jarige inwoner van Barger-Compascuum, verklaarde dat hij in de natte sneeuw verblind was geraakt door de koplampen van een tegenligger. Omdat hij daarbij naar rechts stuurde, acht de politie hem verantwoordelijk voor het ongeluk. De bestuurder had niet gedronken. Het slachtoffer overleed later in het ziekenhuis in Emmen.
©DvhN
Winterweer eist drie levens in verkeer
In winterse buien zijn vrijdag drie personen om het leven gekomen door verkeersongevallen. Twee van de drie slachtoffers vielen in Drenthe.
In Gieten vond een 72-jarige man uit Gasselte de dood, toen zijn auto tijdens een winterse bui in een slip raakte en op de verkeerde weghelft belandde. Daar botste hij frontaal op een tegemoetkomende vrachtwagen.
Nabij Klazienaveen overleed een 51-jarige fietser uit Emmer-Compascuum nadat hij was aangereden door een automobilist. De bestuurder verklaarde tegen de politie dat hij tijdens een sneeuwbui verblind was geraakt door een tegemoetkomende auto. Toen hij naar rechts uitweek, raakte hij de fietser.
In Epe overleed een nog onbekende man, doordat zijn auto van de weg raakte en tegen een boom belandde. De politie vermoedt dat de wagen door gladheid van de weg is geraakt, aangezien het ongeval gebeurde tijdens een hagelbui.
©De Pers
In winterse buien zijn vrijdag drie personen om het leven gekomen door verkeersongevallen. Twee van de drie slachtoffers vielen in Drenthe.
In Gieten vond een 72-jarige man uit Gasselte de dood, toen zijn auto tijdens een winterse bui in een slip raakte en op de verkeerde weghelft belandde. Daar botste hij frontaal op een tegemoetkomende vrachtwagen.
Nabij Klazienaveen overleed een 51-jarige fietser uit Emmer-Compascuum nadat hij was aangereden door een automobilist. De bestuurder verklaarde tegen de politie dat hij tijdens een sneeuwbui verblind was geraakt door een tegemoetkomende auto. Toen hij naar rechts uitweek, raakte hij de fietser.
In Epe overleed een nog onbekende man, doordat zijn auto van de weg raakte en tegen een boom belandde. De politie vermoedt dat de wagen door gladheid van de weg is geraakt, aangezien het ongeval gebeurde tijdens een hagelbui.
©De Pers
Flinke laag sneeuw op Limburgse heuvels
De heuvels bij het Zuid-Limburgse dorpje Vijlen zijn zaterdagochtend met een laagje sneeuw bedekt. Rond acht uur zaterdagochtend lag bij de op 260 meter boven NAP gelegen boshut 't Hijgend Hert al 7 centimeter sneeuw.
,,En het sneeuwt nog steeds'', zei een medewerker van het boscafé blij. Traditioneel wagen talloze dagjesmensen zich op de kronkelige en spekgladde wegen van het heuvelachtige sneeuwlandschap om op het hoogste punt in de bossen bij Vijlen te genieten van een warme kop chocomel of Glühwein.
In Vijlen valt meestal de eerste sneeuw van het seizoen in Nederland, en het witte dekbed blijft er vaak het langst liggen. Ook andere delen van het Limburgse heuvellandschap, maar ook bijvoorbeeld wegen in Heerlen zijn zaterdag met een laagje sneeuw bedekt.
©De Pers
De heuvels bij het Zuid-Limburgse dorpje Vijlen zijn zaterdagochtend met een laagje sneeuw bedekt. Rond acht uur zaterdagochtend lag bij de op 260 meter boven NAP gelegen boshut 't Hijgend Hert al 7 centimeter sneeuw.
,,En het sneeuwt nog steeds'', zei een medewerker van het boscafé blij. Traditioneel wagen talloze dagjesmensen zich op de kronkelige en spekgladde wegen van het heuvelachtige sneeuwlandschap om op het hoogste punt in de bossen bij Vijlen te genieten van een warme kop chocomel of Glühwein.
In Vijlen valt meestal de eerste sneeuw van het seizoen in Nederland, en het witte dekbed blijft er vaak het langst liggen. Ook andere delen van het Limburgse heuvellandschap, maar ook bijvoorbeeld wegen in Heerlen zijn zaterdag met een laagje sneeuw bedekt.
©De Pers
Gladheid op weg, vliegverkeer normaal
Het verkeer kan zaterdagochtend nog steeds hinder ondervinden van het herfstweer. Het KNMI waarschuwt op de website voor gladheid op de weg als gevolg van hagel- en sneeuwbuien. Verder komen er in de kustprovincies nog steeds zware windstoten voor.
Het vliegverkeer is zaterdag genormaliseerd, doordat de windrichting is gedraaid. Schiphol kan daardoor weer alle start- en landingsbanen gebruiken. Dit was vrijdag niet het geval, waardoor tientallen vluchten moesten worden geannuleerd.
Ook het vliegverkeer op Rotterdam Airport lijkt geen vertragingen meer te hebben. Vrijdag konden veel toestellen niet landen als gevolg van de rukwinden.
©De Pers
Het verkeer kan zaterdagochtend nog steeds hinder ondervinden van het herfstweer. Het KNMI waarschuwt op de website voor gladheid op de weg als gevolg van hagel- en sneeuwbuien. Verder komen er in de kustprovincies nog steeds zware windstoten voor.
Het vliegverkeer is zaterdag genormaliseerd, doordat de windrichting is gedraaid. Schiphol kan daardoor weer alle start- en landingsbanen gebruiken. Dit was vrijdag niet het geval, waardoor tientallen vluchten moesten worden geannuleerd.
Ook het vliegverkeer op Rotterdam Airport lijkt geen vertragingen meer te hebben. Vrijdag konden veel toestellen niet landen als gevolg van de rukwinden.
©De Pers
Vaals, Renate van Acht, 22 november
Bocholtz, Robbie Vleugels, 22 november
Mesch, Tom Spons, 22 november
Heerlen, Math Gossens, 22 november
Mook, Hans Wildeboer, 22 november
Simpelveld, F. Logeman, 22 november
Bosschenhuizen, Marjo Gerris, 22 november
Simpelveld, F. Logeman, 22 november
©L1
Problemen weg- en luchtverkeer door gladheid
De gladheid en de sneeuw leiden ook zondag nog tot problemen voor het weg- en luchtverkeer. Door het hele land is het op lokale wegen glad, waarschuwt de ANWB. ,,Op de grote snelwegen is inmiddels gestrooid, maar plaatselijke gladheid en onverwachte sneeuwval kan zeker nog voor problemen zorgen'', stelt een zegsman.
Ook het luchtverkeer ondervindt hinder van het winterse weer. Schiphol verwacht dat net als vrijdag en zaterdag vluchten geannuleerd moeten worden of vertraging oplopen.
Het KNMI meldt dat het vooral in de kustprovincies nog glad kan zijn door hagel- en sneeuwbuien. Mede door de gladheid vielen de afgelopen dagen op de Nederlandse wegen negen doden en een aantal zwaargewonden.
©AD
De gladheid en de sneeuw leiden ook zondag nog tot problemen voor het weg- en luchtverkeer. Door het hele land is het op lokale wegen glad, waarschuwt de ANWB. ,,Op de grote snelwegen is inmiddels gestrooid, maar plaatselijke gladheid en onverwachte sneeuwval kan zeker nog voor problemen zorgen'', stelt een zegsman.
Ook het luchtverkeer ondervindt hinder van het winterse weer. Schiphol verwacht dat net als vrijdag en zaterdag vluchten geannuleerd moeten worden of vertraging oplopen.
Het KNMI meldt dat het vooral in de kustprovincies nog glad kan zijn door hagel- en sneeuwbuien. Mede door de gladheid vielen de afgelopen dagen op de Nederlandse wegen negen doden en een aantal zwaargewonden.
©AD
